De Bodhi tree in de Mahabodhi tempel wordt de Sri MahaBodhi genoemd. Volgens het boeddhisme bracht Boeddha, na zijn Verlichting, een hele week voor de boom door, staand met ontblinkende ogen, er met dankbaarheid naar staarde. Een heiligdom werd later gebouwd waar hij had gestaan.

de plek werd gebruikt als een schrijn, zelfs tijdens het leven van Boeddha, het enige schrijn dat zo gebruikt kon worden. Koning Asoka hield elk jaar een festival ter ere van haar in de maand Kattika.,: 17 zijn koningin, Tissarakkhā was jaloers op de boom, en drie jaar nadat ze koningin werd (dat wil zeggen, in het negentiende jaar van Asoka ‘ s regering), liet ze de boom worden gedood door middel van mandu doornen.: 20 de boom, echter, groeide weer, en een groot klooster was gehecht aan de Bodhimanda genaamd de Bodhimanda Vihara. Onder degenen die aanwezig zijn bij de stichting van de Mahā Thūpa worden genoemd dertigduizend monniken van de Bodhimanda Vihara, geleid door Cittagutta.,: 29

naar Anuradhapura, Sri LankaEdit

een deel van de Bodhi-boom werd naar Sri Lanka gestuurd door Ashoka, dat geplant werd in 288 v.Chr., waardoor het het oudste geverifieerde exemplaar van elke plant is. In dit jaar (het twaalfde jaar van koning Asoka ‘ s regering) werd de rechter tak van de Bodhi boom door Sanghamittā naar Anurādhapura gebracht en door Devānāmpiyatissa in de Mahāmeghavana geplaatst., Boeddha, op zijn sterfbed, had besloten “Mahavamsa”: 17 van Gayā, de tak werd gebracht naar Pātaliputta, vervolgens naar Tāmalittī, waar het werd geplaatst in een schip en meegenomen naar Jambukola, over de zee; uiteindelijk kwam het aan in Anuradhapura, bleef op de weg naar Tivakka. Degenen die de koning assisteerden bij de ceremonie van het planten van

de bomen van andere Boeddhasedit

volgens de Ceylon Kronieken (bijvoorbeeld Mhv.xv), takken van de Bodhi bomen van alle boeddha ‘ s geboren tijdens deze kalpa werden geplant in Ceylon op de plek waar de Heilige Bodhi boom staat vandaag in Anurādhapura., De tak van Kakusandha ’s boom werd gebracht door een non genaamd Rucananda, Konagaman’ s door Kantakananda (of Kanakadatta), en Kassapa ‘ s door Sudhamma.